Page 35 - Kijk op zijn omgeving
P. 35
Pagina 33
socialisme al vroeg aanhangers kreeg. Op 18 september 1891 b.v. spreekt de christensocialist
S,v.Veen uit Nieuwehorne te Petersburg over: "De machtigen der aarde worden gevoerd met
brood, eieren en vis, en het volk met schorpioenen". Dat zal wel geweest zijn in bij Pieter
Blauw hij hield een kroegje. Op het uithangbord stond de volgende tekst:
"Ik woon hier aan de weg
Wat heb ik meer te wenschen
Dan zegen van de Heer
En gunst van alle mensen
Het schijnt dat men vroeger meer, in dichtvorm iets bekent maakte. Zo lag in Oosterwlde een
weiland doorsneden met een pad, en aan het begin van dat pad, moet vroeger een bord hebben
gestaan met het volgende opschrift:
Gij wandelaars, die dit pad betreen
Bedenk ditpad is niet voor iedereen
En nog een vriendelijk verzoek
Ga op dit pad niet uit de broek.
Niet alleen op borden werden dingen en wensen, in dichtvorm bekend gemaakt, iemand uit
Tronde bij Makkinga. Ter verhoging van zijn inkomen had hij een bok ter dekking, die hij
regelmatig op de volgende manier per advertentie in de Ooststellingwerver aanbeval:
Mijn vrouw zei van morgen
Jan wat hebje toch voor zorgen
Ik zei; je moet niet mekke
Ik laat de bok weer dekke.
Bij raadsbesluit van 29 januari 1880 worden er twee jaarmarkten ingesteld en wel op de
tweede zaterdagen van de maanden mei en september. Deze markten hebben bestaan tot in de
dertiger jaren. Op de septembermarkt werden ook de schoollammeren verkocht.
Op die markt, dat altijd bij '11et Bruine Paard" werd gehouden was ook altijd een kermis aan
verbonden, zei die naar een kerk gingen werden door de predikanten gewaarschuwd, en
aangeraden niet op de kermis te komen. De kermis was voor velen van Haulerwijk een groots
gebeuren. Dan werden de bloemetjes buiten gezet, men had er heel wat voorover. Indien
mogelijk had men er voor gespaard, zo niet dan verkocht men een paar kippen of een geit.
Wietse v d Veer die handelde in kleinvee zag in de dagen voor de kermis zijn omzet stijgen.
Dan was er handel. En de eigenaar '11et Bruine Paard" deed goede zaken.
De grootste attracties waren de zweefinolen , en de Kop van Jut, de laatste was genoemd naar
Hendrik Jut, die enkele jaren tevoren twee vrouwen had vermoord om een flinke som geld te
kunnen bemachtigen. Wie met een zware hamer zo hard op de uit hout gesneden kop van Jut
sloeg dat een omhoogvliegend ijzertje een knal veroorzaakte ging door voor een sterke kerel
en kreeg een blikken medaille.
Niet alleen op kermissen werd veel gedronken. In de zeventiger jaren was de gemiddelde
drankverbruik per Nederlander 14 liter en in 1880 werd er in ons land 50 miljoen liter
gedronken, en arbeiders van hun toch al geringe loon slechts een deel thuis brachten en de rest
bij de kastelein achterlieten. Café "Elleboog" heeft jaren bekent gestaan om zijn grote omzet.
De armoede en de ellendige omstandigheden deden de mensen naar de fles grijpen.
In die zelfde tijd waren er in de gemeente Ooststellingwerf niet minder dan 152 tapperijen.