Page 32 - Kijk op zijn omgeving
P. 32

Pagina 30

 De meeste routes gingen langs zandpaden, welke 's winters in modderpaden veranderden.
De route Zuidzijde van de vaart, liep van Mindert de Boer, tot de fabriek km langs zand of
modderpad soms moesten drie paarden voor de wagen. Toen de wijken nog open waren, was
het niet mogelijk met paard en wagen, de melk op te halen, De melk moest thoen met een boot
vervoerd worden, dan moesten de melkbussen in de onderwal worden geplaatst die konden
dan onder het varen in de boot worden gezet.
Dirk Kronemijer veevoer handelaar, maakte ook gebruik van de melkboot, het veevoer dat hij
leverde aan hen die woonden aan de zuidzijde vaart, ging op de terugweg van de fabriek met
de boot mee, naderhand kwam zijn knecht Hendrik de Vries, die bracht dan vanuit de onderwal
van de vaart het veevoer in de schuur.
Door de Eerste Wereldoorlog, en de crissis jaren en de Tweede wereldoorlog, met al de
beperkingen en maatregelen, was er weinig vooruitgang in de landbouw, de veestapel kon men
niet uitbreiden. Door krapte aan kunstmest was goede bemesting niet mogelijk.
In de tweede helft van de veertiger jaren steeg de melk aanvoer, het in de bezetting tijd
gescheurde grasland werd weer ingezaaid, kunst mest was er weer voldoende.
De melkaanvoer steeg aan de zuivelfabriek te Waskemeer, in boekjaar Mei 1948 - Mei 1949,
van, 4.912.914 kg tot 6.556.859, kg dus ruim 1.500.000, kg.
In het begin van de vijftiger jaren was het steeds duidelijker geworden, dar er te veel
zuivelfabrieken in Friesland waren. Het vraagstuk van de concentratie werd in 1955 door de
Zuivelbond bij de fabrieken aanhangig gemaakt. Men kwam tot de konklusie, dat het belangrijk
   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37