Page 29 - Kijk op zijn omgeving
P. 29

Pagina 27

De controleurs zijn P. Wouda, Haulerwijk, 0. de Jong, Haulerwijk, laatstgenoemde moet nog
een straf ondergaan van 6 maanden, dan kan trotz den controleur zijn (ook straf van
zwarthandel). P. Wouda en 0. de Jong zijn zwagers, zodat de aanstelling van 0. de Jong
helder genoeg is. Dit alles heb ik goed in het rapport weerlegd, dat hebbende de
Districtsleider ter handgesteld
Ook goede plaatsvervangers zijn aanwezig. P. Wouda is controleur ook een ras
zwarthandelaar de vorige maal is door middel van hem 6 H.L. rogge bij een klein boertje in
de zwarte handel verdwenen. Van dit geval heeft de Groepsleider P. v.dHeide alle gegevens.
Mijn inziens is er maar een middel dit tegen te gaan, naar Polen zenden te werken oftegen de
muur dat zou wel het meest helpende middel zijn.
Mevr. Bosma - Frideberg deze gegevens heb ik U vertrouwelijk gegeven, dit zeg ik U ook
even, want Bergsma in Oosterwolde zegt gewoon tegen de jongens in Haulerwijkjullie zijn
opgegeven door de NSB. In Haule1wijk. Zodat dat natuurlijk voor ons remmend werkt met dat
gekwats van Bergsma. Hopelijk dat U mij op de hoogte wilt houden, waneer er stappen dit
aangaande genomen worden. Ik verblijfhiermee met Kam Groet, HouZee.
Leider Dienst Geldzaken Ooststellingwerf A. Broekert, Haulerwijk 327. "
De eis luidde 5 jaar gevangenisstraf

In 1943 was de bezetting wel zwaar gaan drukken. De jodenvervolging vond op grote schaal
plaats. In juli ging het eerste transport joden van Westerbork naar polen. De gedwongen
tewerkstelling in Duitsland was begonnen. Een ''Ausweis" kon vrijstelling geven en vooral
voor de landbouw werden die in het begin nog al ruim beschikbaar gesteld. Er werd dankbaar
gebruik van gemaakt, al waren er ook, die er niets voor voelden zich met zo'n papiertje van
anderen te onderscheiden. Onder deze moeilijker wordende omstandigheden en geprikkeld
door het verzet gingen de Duitsers over tot een maatregel, die in Friesland een storm zou doen
opsteken. De bezetters vreesden, dat de Nederlandse militairen, die in juni 1940 uit
krijgsgevangenschap waren ontslagen en voor een groot deel bij de verzetsorganisaties waren
aangesloten, als de kansen mochten keren, een groot gevaar voor hen zouden kunnen worden.
Daarom moesten ze in krijgsgevangenschap terug.
Er werd op 29 april 1943 een bevel uitgevaardigd, voor de radio omgeroepen en in de kranten
geplaatst; "De Wehmachtsbefehlhaber in de Niederlanden, Generaal der Flieger Fr.
Christiansen, beveelt, dat de leden van het voormalige Nederlandse leger terstond opnieuw in
krijgsgevangenschap worden weggevoerd Wie aan de oproep van de Wehrmachtsbefehlhaber
geen gevolg geeft oftracht zich op andere wijze aan de krijgsgevangenschap te onttrekken,
moet op de strengste maatregelen rekenen. Dit geldt eveneens voor personen die de
betrokkenen bij dergelijke pogingen ondersteunen. "
.Door deze maatregel laaide de opgekropte haat tegen de Duitse bezetter op. In stilte had men
zich al lang verzet. Maar op de laatste dagen van april en de vijf eerste van mei werd het verzet
plotseling openlijk en menigeen, die helmaal niet bij de "ondergrondse" betrokken was sloot
zich, met alle risiko's aan bij de groeiende massa, die daden wilde stellen. In alle delen van het
land werd gestaakt. Het stakingsvuur sloeg over van stad naar dorp, van dorp op gehucht.
Het verspreidde zich door de hele provincie. Wie wel werkte werd er door anderen op attent
gemaakt dat hij moest op houden. Bij Olterterp was zelfs een politieman, die z'n gezag
gebruikte om ieder, die nog een slag uitvoerde, onder handen te nemen.
Op het platteland was de staking het felst. De boeren en arbeiders lieten het werk op het land
in de steek. Het vee moest wel gemolken worden, maar de melk werd niet aan de fabriek
afgeleverd. Melkwagens, die wel op weg waren naar de fabriek werden door stakers overvallen
en de bussen werden in de sloot geleegd.
   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34