Page 38 - Kijk op zijn omgeving
P. 38
Pagina 36
Het was te begrijpen, dat de onderlinge verhoudingen er niet beter op werden, toen eerst in
1838, een groep zich afscheide, van de Hervormde Kerk en, in 1896 ook nog een school
stichte, waar men eerst van dacht, dat die uit merendeel arme mensen bestond zo'n dure
school die ze zelf moesten bekostigen, wel geen lang leven zou hebben. Het tegendeel bleek,
steeds meer ouders stuurden hun kinderen naar de Christelijke school.
Als de kinderen uit de verschillende scholen naar huis elkaar tegen kwamen werd er vaak een
robbertje gevochten, zij scholden elkaar uit voor,finen en grauwen.
In september 1894 wordt Ds. Slotemaker de Bruine predikant van de Hervormde Kerk in
Haulerwijk. Hij kwam hier te wonen te midden van maatschappelijke misdeelden. Geestelijke
en stoffelijke nood riepen om leniging. Hij had het grote gevaar dat de alcohol aan richte reeds
onderkend. Met zeven gelijkgezinden had hij een geheelonthouders vereniging opgericht
Hij ging de met de jaarmarkt in Haulerwijk de kermis op en haalde de mensen van zijn kerk
daar vandaan.
Het is in de tijd dat Domela Nieuwenhuis, die voor de Sociaal Democratische Bond, zitting
heeft in de Tweede Kamer, en de veenarbeiders op roept tot staking , voor meer loon en geen
verplichting, om kopen in de winkel van de veenbazen
De Kerk had een moeilijke tijd gehad, van 1858 tot 1868 was ze vacant geweest.
Dominee vertelt dan later:
Toen ik in Haulerwijk kwam, was er geen bijbel, geen doop, geen avondmaal, geen geestelijk
leven. Haulerwijk was een totaal verwaarloosde gemeente, met totaal ve1·waarloosde mensen,
die in armoedige hutten woonden. 32 Leden werden er in de eerste drie jaar dat ik er was
aangenomen. Zwaar was deze arbeid wel, want als ik op huisbezoek kwam en vertelde van
Jezus Christus, wees menig vereelde hand op een portret aan de wand van Domela
Nieuwehuis en dan klonk het "Dat is onze Messias". Ik leefde er tussen de sociaal ellendigen.
Als predikant was ik geen partij kiezenddominee, omdat men dan niet meer voor de gehele
gemeente de vertrouwensman kon zijn en toen had ik ernstig bezwaar om te kiezen in de
antithesestrijd Later na 1917en1918 toen iedereen rechten verkreeg en het ganse volk
stemplicht had en in de politieke strijd werdgeworpen, veranderde dat en sloot ik mij aan bij
de Chr. Hist. Unie en stemde voor het eerst.
Mensen die tussen 1900 en 1920 zijn geboren hebben vaak een eenzaam leven gehad,
Ze kunnen je nog vertellen, van de zware arbeid en de lange dagen dat ze moesten werken.
Dat de schoolmeester die roggebrood met wat boter uitdeelde aan kinderen die 's middags
overbleven, omdat ze ver van school woonden, en geen eten bij zich hadden, omdat moeder
thuis ook niets in huis had. Dat ze zeer jong het huis uit moesten, en bij de boer moesten
werken, om het gezin thuis mee te onderhouden, omdat vader werkloos was. voor honderd
gulden per jaar plus kost en inwoning.
Maar ook mooie dingen samen naar de chatechisatie en naar de jongelings en de
meisjesvereniging, en de jaarfeesten daarvan. Maar ze kunnen die ervaring bijna met niemand
meer delen. Als knapen vereniging gingen we een dag op de fiets naar Paterswolde dat was een
hele gebeurtenis. 's Morgens ging meester de Man de leider van de knapen vereniging, eerst
naar Jan Darmois die was smid en tevens ook bijenhouder, hij kon zien aan het gedrag van de
bijen, wat voor weer we die dag kregen. Veel bekijks had de stoomboot "Koningin Emma"
welke met vele pleziergasten een tocht van Drachten naar Veenhuizen maakte, al vroeg stond
jong en oud reeds op de uitkijk, omdat nog nimmer een stoomboot de vaart had bevaren, en
slechts enkelen een stoomboot hadden gezien, statig stoomde "Koningin Emma" door
Haulerwijkstervaart, velen hadden de vlag uitgestoken.
Het schoolreisje met de snikke naar de Bakkeveenster duinen, was een hele belevenis.