A.V-W
Start
Omhoog

  Site Meter

Mooie krullen

De eerste schooldag staat nog steeds in mijn geheugen gegrift.

Wij hadden allemaal gekruld haar en dat vond ik vreselijk, want het klitte altijd. Iedereen herkende ons altijd en dat kwam door ons haar.

De eerste morgen op school kwam meester Kronemeijer naar me toe. Hij had mooie bruine ogen en hij lachte zo lief. Hij zei toen: "Oh, nog één met van die mooie krullen". En hij liet een van die krulletjes door zijn vingers glijden. Ik kon me niet voorstellen dat hij dat nu mooi vond.

We kregen toen les van Juf Kroeske. Ik moest op de één na laatste bank zitten en achter mij zat Johannes van der Ley. Die was zo bang, hij deed niets anders dan huilen. Toen ik thuis kwam, vroeg mijn moeder hoe het was geweest. Ik vertelde dat ik er niets aan vond, omdat ze zowat allemaal huilden. Dat vond ik vreselijk, ik hield daar niet van.

Het was natuurlijk ook geen wonder. De meeste kinderen waren nog nooit bij hun vader en moeder weg geweest en nu moesten ze naar school. Er waren ook nog eens allemaal vreemde kinderen en meesters en juffen. Het was ook wel logich dat je dan bang was.

Schoolreisjes herinner ik me ook nog goed. We gingen naar Paterswolde op een grote boot. Ik waas echter nogal bang voor water. (Ik was een jaar of even.) Over de loopplank durfde ik niet te lopen en ik mar huilen. Er waren zoveel mensen. Ik had nog nooit zoveel bij elkaar gezien. Ik ging nog maar net naar school en dit alles was toch wel een beetje te veel van het goede.

Meester Kronemeijer pakte mij op en aaide door mijn haar. Hij deed heel lief en paste op mij. hij zei dat hij mij wel op zou tillen. Ik zei: "Die kleinevoet van u kan er zo naast stappen" (de meester was kreupel|. Hij vertelde mij dat ik maar niet bang moest zijn en bleef de hele tijd bij mij.

We gingen er vaak met auto’s heen, of met de Habo-bus.

© Foto uit Schalmei-rëunie boek "Vervlogen tijden"

Naar Bakkeveen gingen we per boot en dan gingen we naar de duinen, spellen mat ballen enz. er groeiden nogal wat bosbessen. Er was een jongendie flink honger had. Die at een hele boel van deze bosbessen met als gevolg dat hij de hele middag niets anders deed dan overgeven.

Koninginnedag, 31 augustus was ook altijd een groot feest. Het was de verjaardag van Koningin Wilhelmina. We kwamen met versierde fietsen.

We moesten ons opstellen bij het "Witte Huis" en dan kwamen we op de foto, ieder apart. je mocht je verkleden. Omdat ik zelf geen fiets had, leende ik er een van mijn moederof van mijn tante. Het geheel werd dan weer versierd met Dahlia’s. We fietsen dan vanaf de Slinke over Haulerwijk, richting Waskemeer. Een paar meesters voorop en een paar achteraan. De gemaakte foto’s waren dan later te bewonderen bij het snoepwinkeltje van Dijkstra.

Het feest werd gehouden op het land van Wietse Jagersma, ‘s middags kregen we chocolade melk met broodjes.

Er werden spelletjes gedaan. Met 6 ballen op een dienblad heen en weer lopen, zonder dat er een bal afviel en vlaggetjes in een stoof prikken. Er zaten vijf gaatjes in en in ieder gat moest een vlaggetje. Het muziekkorps was er en dan werd het Wilhelmus gezongen. En voordat we naar huis gingen werd er nog een ker gezongen.

De volgende dag moesten we dan thuis de aardappels rooien, dat was vaste prik!

Kattekwaad werd er natuurlijk ool wel uitgehaald!

Als je door de voordeur de school binnenkwam, had je door de voordeur de school binnenkwam, had je aan de rechterkant de lokalen en aan de linkerkant de w.c’s. Er was er 1 voor de jongens en i vvor de meisjes. Tussen de w.c’s had je een muurtje van ongeveer 2 meter. Er zat geen dak op.

Tussen de middag bleven we over op school. Als we hadden gegeten moest je naar buiten. We mochten onder geen beding weer in school. Ook niet in de gang, allen als je hoognodig naar de w.c. moest. Ik moest dus heel nodig, maar ik ging niet door de gang. Ik klom over het muurtje. Er werd een andr king gebruikt als opstapje en dan kon ik, over de muur, zo de w.c. in.

Hoofdmeester Pilon zat te eten en had uitzicht op het schoolplein. Toen hij daar niemand meer zag, kreeg hij argwaan. Hij kwam poolshoogte nemen en betrapte ons bij de w.c’s. Ik kreeg natuurlijk weer straf. Ik moest 100 x opschrijven; " Ik mag niet over het muurtje klimmen". Ik begon gelijk te schrijven, want anders moest ik ‘s middags weer nablijven. Ik schreef eerst 100 maal ik, ik, ik en toen 100 maal mag, mag, mag enz. ik was op deze manier snel klaar, want het ging lekker vlot.

Ik liet het aan de meester zien, maar die keurde het af. "Zo heb ik je niet leren schrijven, je moet naast elkaar schrijven en niet ondere elkaar". Dus, het moest over en natuurlijk na schooltijd!

Mijn broer en zussen liepen langzaam naar huis en ik ging later op een drafje. Het was erg mistig en dan riepen we elkaar. Ik had zo hard gelopen, dat ik de hele avond pijn in mijn zij heb gehad.

Op een keer moesten we een ster tekenen en inkleuren. Als we dat gedaan hadden moesten we er een lijn omheen tekenen. Met een ander potlood, er strak omheen. Ik had de ster half af en toen zei meester dat de lijn te dik werd. Ik moest het dunner doen. Dat vond ik maar niets.

Dan zouer een dikke en een dunne lijn om de ster heen komen. Dus ik ging mooi door met mijn dikke lijn. Eén voor één moesten we bij de meester komen om de ster te laten zien. "Je hebt niet gedaan wat ik zei", zie de meester, "Nee meester want dat lijkt toch niet!"

Ik moest weer eens nablijven! "Kijk me eens aan", zei meester. Ik durfde niet zo goed, dus tilde hij mijn gezicht op. Hij vroeg waarom ik dat had gedaan. Ik zei dat ik het niet mooi vond en daarom had ik het niet gedaan. Ik vertelde dat ik best wel naar hem wilde luisteren. Toen mocht ik weg.

Meester Kronemeijer was een hele lieve man en hij gaf eigenlijk nooit straf. Zijn vioolspel zal ik ook niet gauw vergeten. Hij speelde heel mooi en wij mochten er dan bij zingen.

Na meester Kronemeijer kwam meester Pilon. Voor mij in de klas zat Lieuwe Akkerman en achter mij zat een jongen, genaamd Willem Lezwijn (zijn moeder maakte de school schoon). Lieuwe was nogal een grapjas. Hij vertelde dan iets waar wij vreselijk om moetsen lachen, maar dat mocht natuurlijk niet. Ik kon mij dan nooit zo goed inhouden. De meester zag dat en dan moest ik weer naar voren komen. Ik moest vertellen waarom ik zo lachte en ik wilde Lieuwe niet verklikken. Daarom zie ik dan maar dat ik het niet meer wist. En dan begon de meester te knipperen met zijn ogen en hoe bozer hij werd, des te erger werd het knipperen. Hij pakte de liniaal en sloeg mij op mijn handpalmen. En dan moest ik vanzelf nablijven, maar dat was iets dat wij niet mochten van thuis. Wij moesten altijd samen thuis komen omdat we een heel eind moesten lopen, helemaal naar het witte huis. Te voet was dat wel een uur en dan was het al donker. De rest van het gezin moest dus op mij wachten en dan kreeg ik van hen ook nog eens de wind van voren. Het ging bij mij dus altijd dubbel op.

Maar goed, ik bleef na en de meester ging achter mij in de klas zitten schrijven. Na een poosje kwam er iemand van het schoolbestuur. Deze wilde met de meester praten. Ik weggestuurd. Ik dacht dat ik er deze keer gemakkelijk van af kwam, maar ik had het goed mis. De meester beval mij om de volgende ochtend al om 8 uur op school te komen. Dat was dus weer foute boel, want dan moest ik om 7 uur al van huis.

Ik dacht dat de meester zo boos zou zijn dat ik de volgende morgen vast met de knuppel zou krijgen. Ik zei tegen mijn broer en zussen dat ze maar vast naar huis moesten lopen. Ik liep eerst even, op een drafje, bij Willem Lezwijn langs. Als de rest dan gewoon zou lopen, kon ik ze wel weer inhalen. Op die manier zouden we toch tegelijk thuis komen. Ik heb toen aan Willem gevraagd of hij de volgende ochtend de knuppel wel in de kachel wilde gooien. Hij was altijd eerder op school, omdat hij samen met zijn moeder de kachel aan zette. Zo zou de meester er niet meer mee kunnen slaan.

De volgende morgen ging ik vroeg naar school. Om 8 uur was ik er. Willem en zijn moeder waren in de achterste lokalen bezig. willem knikte gauw even naar mij en toen wist ik dat het gelukt was.

Ik zat op de tweede bank van voren. Daar kwam de meester aan. Hij vroeg mij waarom ik zo lachte en ik zei dat ik dat echt niet meer wist. Al met al had ik natuurlijk niet zo’n hele beste beurt gemaakt.

We zeiden ook altijd een versje op en dat was natuurlijk net die ochtend. Door de schrik kon ik me niets van het versje herinneren. Het was psalm 56 en ik wist helemaal niets meer. Hij zei dat ik het natuurlijk niet had geleerd. Hij ging naaar zijn lessenaar, de klep kwam omhoog, hij deed zijn hand erin en hij keek. Hij keek nog eens. Hij zou natuurlijk de knuppel pakken en die was weg. Toen, bij gebrek aann beter, pakte hij de liniaal en sloeg mij keihard in mijn hand.

Daarna zou hij mij nog een keer slaan, maar ik trok mijn hand terug. Het deeed zeer, natuurlijk. Maar met de knuppel was het erger geweest. ‘s Avonds was mijn hand nog dik en blauw. Hij was wel zo pienter om altijd op je linker hand te slaan, anders kon je natuurlijk niet schrijven.

Op de heide was een peol. In de herfst kwam hier water. ‘s Winters bevroor dit dan. Dat was natuurlijk dikke pret. Mijn broer liep dan het ijs op er riep mij dat ik ook moest komen. Het was wel vertrouwd, volgens hem. Toen ik bijna bij hem was, bleek het ijs toch niet zo sterk te zijn. We zakten erdoor. We hadden kletnatte voeten, er stond een flinke laag water in mijn klompen. Er zat niets anders op, de kousen uitwringen en snel naar school. De klompen moesten altijd uit, ze werden op de gang gezet, onder de jassen. Op kousevoeten moesten we dan naar het lokaal. We mochten echter geen voetsporen achter laten, dus op onze tenen, dicht langs de kant naar de klas. Tussen de middag lieten we onze kousen dan drogen bij de kachel. Dat begon nogal te stinken, maar dat hadden wij niet door. (Droog werden ze toch niet en we hadden de hele dag ijskoude voeten.) toen kwam meester Pilon en die vroeg waarom het zo stonk. Toen ging iedereen bij langs, niemand wist het. Toen hij bij mij kwam heb ik het maar verteld. Hij had schijnbaar een redelijke goede bui, want straf heb ik niet gehad.

A.V-W.

 

 

Sinds 25-03-2001 met betere foto's 
Sinds 1-11-2001 met nog meer foto's       Nu ±260 stuks
Nu ook twee nieuwe foto's op http://www.haulerwijk.com/Vooruitgang/oud_haulerwijk.htm